De rol van calcium
De calciumbehoefte kan afhankelijk van het type gewas en groeistadium behoorlijk verschillen. Zo vragen grassen en granen gemiddeld 5 kg calcium per ha per seizoen, maïs en ui zo’n 20 tot 50 kg en de stevige knol-, kool- en vruchtgewassen 80 kg of meer. In de laatst genoemde categorie kan het zelfs voorkomen dat de behoefte aan calcium die van fosfaat overstijgt.
Waarom is calcium dan zo’n belangrijk en onmisbaar element? Calcium speelt een belangrijke rol als bouwsteen voor celwanden en membranen en draagt hierdoor bij aan de stevigheid van het gewas. Daarnaast is het een belangrijk element voor celdeling en groei van jong weefsels en bevordert het de kwaliteitsopbouw van opslagorganen zoals vruchten en knollen.
Calciumtekorten in het gewas
Het nutriënt calcium staat bekend om zijn immobiele karakter wat maakt dat het niet makkelijk herverdeeld kan worden in de plant wanneer het eenmaal is vastgelegd. Het door de wortel opgenomen calcium wordt met de actieve sapstroom getransporteerd naar alle overige delen van het gewas. Jonge wortelpuntjes zijn het beste in staat om calcium op te nemen omdat de celmembranen nog goed doorlaatbaar zijn. Bij oudere meer verkurkte wortels zijn de celmembranen veel minder doorlaatbaar en wordt calcium beduidend minder effectief opgenomen.
Wanneer de sapstroom wordt verstoord heb je al snel te maken met een slechte verdeling van calcium in het gewas. De grootste risico’s hiervoor ontstaan bij heet en schraal weer omdat de plant dan maximaal gaat verdampen om af te koelen. Calciumtekorten zul je dan ook als eerste opmerken in de nauwelijks verdampende uiteinden van gewassen, zoals bladpunten en – randen, bloemen maar ook vruchten en knollen.
Bij een verstoorde sapstroom neemt de calciumconcentratie in deze weefsels af waardoor celwanden en -membranen steeds zwakker worden, celvocht gaan lekken en uiteindelijk zelfs af kunnen sterven (necrose – geel/bruin verkleuring). Bekende fysiologische problemen die hieruit voortvloeien worden in vakjargon ook wel aangeduid als: rand, knolroest, kurkstip en neusrot (zie afbeelding hiernaast, neusrot bij tomaat).
Optimale calciumbemesting
De opname van calcium gedurende het seizoen is voornamelijk afhankelijk van de calciumvoorraad in de bodem, bodem-pH, de gesteldheid van de wortels en klimatologische factoren. Analyse van bodemcijfers wijzen uit dat de plantbeschikbare calcium in Nederland structureel lager wordt. Met name in de akkerbouw, vollegrondsgroenten en fruitteelt kan dit leiden tot kwaliteitsschade in de te oogsten producten.
Om de calciumopname vroeg in het seizoen extra te bevorderen is het belangrijk om te starten met een goede uitgangssituatie. Wanneer nodig kan er een bekalking worden uitgevoerd om de pH en de structuur van de bodem te verbeteren. Een goede calcium beschikbaarheid voorkomt scheurvorming en het dichtslaan van de grond (slemp). In bodems met een relatief hoge pH is calcium (Ca2+) over het algemeen beter beschikbaar en ondervindt het minder hinder van de concurrentie met de kationen kalium (K+) en magnesium (Mg2+).
Verder is het van belang om in de startfase van de teelt te focussen op het actief houden van de jonge wortels aangezien deze zeer goed in staat zijn om calcium op te nemen met hun wortelpunten. Optima Root is een speciale combinatie van voedingsstoffen, verschillende biostimulanten en nutriënten, waarmee de wortelgroei wordt gestimuleerd.
Bij ongunstige groeiomstandigheden, zoals droogte en hitte, of wanneer plant- of bodemanalyses dit uitwijzen, is het zeer belangrijk om tijdig en doelgericht actie te ondernemen. Door de immobiliteit van calcium dient de meststof bij voorkeur aangebracht te worden op de plek waar het te kort zich voordoet. Zo kan men een bladbemesting uitvoeren met Beta-Sugar+ op bovengrondse plantendelen. Het beste moment hiervoor is tijdens de bladontwikkeling en/of tijdens de zetting van bloemen, vruchten, bollen en kolen. Met name deze snelgroeiende en weinig verdampende weefsels kunnen te maken krijgen met calciumgebreken.
Advies:
Beta-Sugar+ bevat een hoge concentratie van calcium gecombineerd met mangaan, organisch gecomplexeerde sporenelementen en fulvinezuur. Vrijwel alle gewassen en in het bijzonder suikerbieten, zullen profiteren van extra calcium tijdens de groeifase. Gebruik 3x 5 l/ha bij een interval van 7 – 14 dagen.